“Aan de ene kant vragen tweewielerbedrijven om personeel. Aan de andere kant hebben niet alle bedrijven de ruimte voor extra medewerkers, zoals een student”, ziet BBL-adviseur OOMT Rob den Boef. “Zeker kleinere bedrijven hebben bijvoorbeeld geen fysieke ruimte, zoals een werkplek. Bij grotere bedrijven hebben ze die faciliteiten wel, maar daar speelt mee dat vaak tijd en aandacht ontbreekt om een goede begeleiding te geven aan de student. Dit is onder andere te wijten aan de planning en tijdsdruk in de werkplaats door het tekort aan monteurs en leermeesters.
Gesprek aangaan over begeleiding
In dat spanningsveld gaan OOMT-adviseurs bij bedrijven langs om het gesprek aan te gaan over de kansen die studenten het bedrijf kunnen bieden. “Daarbij kijken we vooral hoe je aandacht, tijd en ruimte geeft om studenten zoals BBL-ers, goed te ontvangen en te begeleiden. Want doe je dat niet? Dan lopen ze vaak weg, omdat ze geen tijd of geen aandacht krijgen. Dat gebeurt overigens niet eens bewust, maar eerder door de hoge werkdruk”, zegt Den Boef.
Aandacht en begeleiding
Volgens hem heeft een tweewielerbedrijf in het verleden niet voor niets de keuze gemaakt om een leerbedrijf te worden. “Die status wil je als bedrijf behouden. Maar dan moet je wel de juiste begeleiding kunnen bieden. Daarbij moet je als leerbedrijf vooraf goed nadenken over wat je met een student gaat doen. Laat je zo iemand alleen meekijken en heel eenvoudige werkzaamheden doen? Dan ben je niet aantrekkelijk als werkgever. En dat gaat vaak als een vuurtje rond.”
Den Boef adviseert om een actieplan te maken voor de landing en de begeleiding van een student. “Zo ben je klaar voordat een student binnenkomt. Daarbij draait het om begeleiding en communicatie, zoals wekelijks een kort overleg. En over communicatie gesproken: geef daar intern ook aandacht aan. Bij generatieverschillen kun daarbij gebruikmaken van de OOMT-workshop ‘Generatiehelden’, waarmee je de onderlinge samenwerking kunt verbeteren. En vanuit OOMT kunnen we je helpen bij de bewustwording in de driehoek school, bedrijf en student. Daarbij vervullen we de rol van sparringpartner.”
Aantrekkelijk maken
“Als je niet opleidt, dan krijg je geen nieuwe mensen”, zegt Den Boef stellig. “Dus moet je het zo aantrekkelijk mogelijk maken om in de tweewielerbranche te werken. Er zijn genoeg uitdagingen, zo is bijvoorbeeld de elektrificatie heel interessant. Leg studenten daarbij ook uit wat een mogelijk toekomstperspectief is”, raadt hij aan. “En wat veel ondernemers niet weten is dat je subsidie kunt krijgen, via subsidie praktijkleren.” Naast deze financiële bijdrage benadrukt Den Boef dat de investering in BBL-ers zo tastbaar mogelijk moet worden gemaakt. “Laat als leermeester zien wat je met het geld doet. Dan gaat het gesprek niet alleen over verlies en begeleidingsuren. Want als een BBL-er echt gemotiveerd is, dan heb je een volwaardige collega die je zelf naar je hand kunt zetten binnen jouw bedrijf.”
Dit artikel is gesponsord door OOMT.
