Personeelstekort in de tweewielerbranche: wie pakt de handschoen op? 

Personeelstekort in de tweewielerbranche: wie pakt de handschoen op? 
Foto: Tweewieler Academy

Het opleiden van personeel voor de tweewielerbranche is noodzakelijk, maar is iedereen daarvan doordrongen? Robbert Jan van den Berg van de Tweewieler Academy signaleert bij de vakhandel vaak een afwachtende houding.

Personeel blijft een grote uitdaging voor veel ondernemers, ook in de tweewielerbranche. Niet alleen het aantal medewerkers telt, maar ook hun kennis en ervaring. “Ons vak is mega-aantrekkelijk”, stelt Robbert Jan van den Berg van de Tweewieler Academy enthousiast. “Kijk naar de ontwikkelingen van de afgelopen jaren, zoals de opkomst van de e-bike, waardoor het beeld van bandje-plakken is verdwenen. Ook door de fraai ingerichte winkels en moderne werkplaatsen is het imago van de technicus verbeterd. Daarnaast zijn marktpartijen in de branche groter geworden, waardoor een professionaliseringsslag is ontstaan.”

Goede carrièrekansen

De Tweewieler Academy verzorgt trainingen voor mensen die (betere) fietstechnici willen worden of als ondernemer willen groeien in de sector. Het opleidingscentrum ondersteunt de behoefte van leerbedrijven en maakt samen met roc’s de verbinding tussen school en bedrijf. Landelijk volgen zo'n vijfhonderd leerlingen een mbo-opleiding Fietstechnicus en 1e Fietstechnicus, van wie er tussen de zestig en tachtig verbonden zijn aan een bedrijfsschool van de Tweewieler Academy.

Er zit geld in de tweewielerbranche en als je dat goed kunt organiseren, dan ben je spekkoper”

Van den Berg ziet vanuit zijn rol als manager ook hoe de branche worstelt met het aantrekken en opleiden van personeel. “Met alleen roepen dat je een fantastische branche bent krijg je geen mensen. Weet je hoeveel mensen het afschrikt om op zaterdag te moeten werken? En hoewel het salaris in de branche al aardig opgetrokken is, blijven veel medewerkers in de techniek werkzaam. Terwijl een tweewielerbedrijf hele goede carrièrekansen biedt met een passende salarisontwikkeling. Denk daarbij aan commerciële banen, inkoop- en managementfuncties. Geweldig toch? Maar daarvoor moet je als werkgever wel de ruimte geven.”

Het verbaast hem hoe bedrijven momenteel wachttijden bij reparaties kunnen hanteren. “Ze denken dat het wel goedkomt. Maar er zijn volop partijen die hierop inspringen, ook branchevreemde ondernemingen. Nu komen de creatieve ondernemers bovendrijven. Er zit geld in de tweewielerbranche en als je dat goed kunt organiseren, dan ben je spekkoper.”

Collectiviteit ontbreekt

“We moeten als branche vertellen dat we een toekomstbestendig beroep kunnen bieden, met daarbij mooie carrièrekansen. De vraag is alleen wie daarvoor verantwoordelijk is”, stelt Van den Berg. Daarbij mist hij de collectiviteit in de branche om de schouders eronder te zetten.

Tegelijkertijd ziet hij dat grotere marktpartijen wél verantwoordelijkheid nemen en het vraagstuk oppakken. “Zij hebben ook een bepaald volume om dit te kunnen doen. Tegelijkertijd ben ik nieuwsgierig hoe de mobiliteitsketen zich gaat ontwikkelen en wat andere partijen uit de mobiliteitsbranche – zoals grote dealerholdings uit de automotive – het in onze branche gaan doen. Daar werken mensen met de nodige basiskennis rondom accutechniek en elektronica. In het verlengde van deze verbreding hebben wij ervoor gekozen om ook het onderwerp elektronica breder aan te vliegen.”

Te weinig instroom met diploma

In de tweewielerbranche hadden in 2022 14.190 personen een dienstverband, waarbij de instroom groter is dan de uitstroom. Geen probleem, zou je zo op het eerste gezicht zeggen. “Maar slechts een klein deel van de instromers heeft een door de branche erkende opleiding voltooid, terwijl in bijvoorbeeld in de autobranche het aantal uitstromers vrijwel volledig wordt opgevangen door afgestudeerde leerlingen”, aldus Van den Berg. Het gevolg voor de branche is dat het kennisniveau afneemt.

“Als Tweewieler Academy leiden we tussen de zestig en tachtig leerlingen op met een intensieve opleiding.” Aangevuld met leerlingen die een opleiding volgen via een mbo of bedrijfsschool zijn dit er landelijk ongeveer vijfhonderd. “De opleiding bij Tweewieler Academy duurt twee jaar, waarbij een aantal leerlingen de eindstreep niet haalt. Jaarlijks stromen ongeveer 175 leerlingen vanuit de Tweewieler Academy de tweewielerbranche in, terwijl in totaal in de branche bijna 3.400 mensen uitstromen.”

Vergrijzing is daarvan een oorzaak, maar ook jongeren die een carrièreswitch maken. Al met al verlaten veel goed opgeleide medewerkers de branche en van de medewerkers die instromen hebben veel geen gedegen opleiding gevolgd. Van den Berg. “Slechts een klein deel heeft een mbo-diploma of erkend branchecertificaat, terwijl het beeld dat iedereen fietsenmaker kan worden echt niet reëel is. Als branche sta je voor kwaliteit en vakmanschap, maar hoe bereik je dit zonder te investeren in de vakkennis van medewerkers?”

Afwachtende houding

“De aantallen medewerkers zijn een zorg, ook omdat de markt voor tweewielers groeit", vervolgt Van den Berg. “Dat is positief, want complexere fietsen en meer fietsbewegingen betekenen meer toekomstig onderhoud. Consumenten gaan wellicht op zoek naar alternatieven wanneer de vakhandel onvoldoende personeel heeft om het benodigde onderhoud te verrichten. Maar wat is het alternatief? Het is vooral de retail die deze problematiek gaat ervaren. Het is een vraagstuk voor hen.”

Waar de vakhandel vaak een afwachtende houding heeft bij scholing, daar nemen grootschalige ketens en fabrikanten zelf het initiatief. “Het grote voordeel is dat zij grootschaligheid hebben en dat bedrijfsscholen ook heel erg geschikt zijn voor vakvolwassenen. Deze partijen willen faciliteren en eisen stellen aan de mensen die op de vloer staan, bijvoorbeeld dat er minimaal twee gecertificeerde mensen staan. Dat is momenteel geen vereiste in de tweewielerbranche, net zomin als veilig werken.”

Het is een dynamische markt. Als je als fietsenmaker bent begonnen, dan hoef je niet als fietsenmaker te eindigen”

Van den Berg vindt het ook een voordeel dat ketens en merken actief zijn met werving. “Ze bieden een keuze bij de opleiding en het beroep en zijn bereid te investeren. Leerlingen krijgen een algemeen mbo-diploma met eventuele aanvullingen vanuit de formule of het merk. Wij geven de kaders aan, zij mogen aangeven wat zij daarnaast nog belangrijk vinden – als aanvullend onderwijs. Het feit dat de leerlingen deze vorm van onderwijs aantrekkelijk vinden, blijkt wel uit het groot aantal leerlingen dat cum laude afstudeert. Dat is iets waar wij supertrots op zijn.”

Naast het opleiden is het volgens Van den Berg belangrijk om in te zetten op het behoud van medewerkers. “Ga je als ondernemer niet investeren in opleidingen omdat je bang bent dat je medewerkers daarna vertrekken? Of ga je opleiden en samen met je medewerker investeren in je bedrijf? Meer kennis en vaardigheden betekent vaak sneller werken, meer tevreden klanten, dat is goed werkgeverschap." Zijn tip: “Ga met je mensen gesprek om te horen wat zij willen, hoe ze willen groeien en deel je bedrijfsvisie zodat je samen groeit naar een hoger niveau.” Als werkgever moet je niet alleen nadenken over de directe kosten van een opleiding, maar ook kijken naar wat het oplevert als het hele bedrijf profiteert. “Samen kun je namelijk verder groeien.”

Jeroen Rietvelt

Jeroen Rietvelt