Is iemand een echte zzp'er of is er eigenlijk sprake van een arbeidsovereenkomst? Sinds dit jaar is die vraag actueler dan ooit, omdat de Belastingdienst sinds 1 januari 2025 strenger handhaaft op schijnzelfstandigheid.
In december 2024 heeft de rechtbank Noord-Holland hierover een uitspraak gedaan. In de aangespannen zaak hadden een beveiligingsmedewerker en zijn werkgever (een beveiligingsbedrijf) discussie over de vraag of tussen hen een overeenkomst van opdracht bestond of dat de beveiliger toch een arbeidsovereenkomst had. Volgens de medewerker was dit laatste het geval.
Voor de uitvoering van zijn werkzaamheden heeft de medewerker een overeenkomst van opdracht getekend. Op basis daarvan beveiligde hij één locatie: een datacenter van Microsoft. Voor die werkzaamheden heeft de medewerker maandelijks facturen gestuurd aan het beveiligingsbedrijf.
Boekencontrole
Vanwege die maandelijkse facturatie heeft de Belastingdienst een boekencontrole uitgevoerd bij de medewerker. Volgens de Belastingdienst was daarbij sprake geen sprake van een overeenkomst van opdracht, maar van een arbeidsovereenkomst. De medewerker zou dus in dienst moeten komen van het beveiligingsbedrijf.
Daarop heeft de medewerker de zaak voorgelegd aan de rechter en de vraag gesteld of er inderdaad sprake was van een arbeidsovereenkomst. Als dat het geval zou zijn, dan vorderde de medewerker onder andere achterstallig loon, een transitievergoeding en niet-genoten vakantiedagen. Volgens het beveiligingsbedrijf was geen sprake van een arbeidsovereenkomst en daarom moesten de vorderingen van de medewerker worden afgewezen.
Wat vond de rechter?
Om de vraag van de medewerker te kunnen beantwoorden, kijkt de rechter naar "alle feiten en omstandigheden van het geval". Daarbij kijkt de rechter onder andere naar het bestaan van een gezagsverhouding, de aard en duur van de werkzaamheden en naar de wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald.
Volgens de rechter had het beveiligingsbedrijf een vergaande mate van zeggenschap over de uitvoering van de werkzaamheden en droeg de medewerker een uniform van het beveiligingsbedrijf. Bovendien werden regelmatig instructies aan de medewerker gegeven en was er sprake van cameratoezicht. Daarnaast stelde Microsoft strenge eisen aan de beveiliger(s). Ook werkte de medewerker fulltime op de locatie van Microsoft, waarbij de medewerker door het beveiligingsbedrijf werd ingeroosterd. Daarom komt de rechter in dit geval tot de conclusie dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst en niet van een overeenkomst van opdracht. De beveiliger is dus geen zzp'er.
De volledige uitspraak lees je hier.